-
1 doctor in de letteren/wis- en natuurkunde/muziekwetenschappen/wijsbegeerte
doctor in de letteren/wis- en natuurkunde/muziekwetenschappen/wijsbegeerteDoctor of Literature/Science/Music/Philosophy; 〈 als (overkoepelende) term voor al deze ook〉 Doctor of Philosophy, Ph.D. Phil.Van Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > doctor in de letteren/wis- en natuurkunde/muziekwetenschappen/wijsbegeerte
-
2 scatter
n. verstrooiing, verspreiding, verdrijving; kleine hoeveelheid; overschot aan reclametijd op televisie (na eerste verkoop voor het seizoen)--------v. uitspreiden; uitzaaien; verspreidenscatter1♦voorbeelden:————————scatter2♦voorbeelden:scatter over • uitstrooien over -
3 index
-
4 dynamique
dynamique [dienaamiek]♦voorbeelden:1. f1) dynamica, krachtenleer2) dynamiek2. adjdynamisch, voortvarend, energiek -
5 travail
〈m.〉1 travalje ⇒ hoefstal, noodstal————————〈m.〉3 werking♦voorbeelden:travail de bénédictin • monnikenwerktravail à la chaîne • lopendebandwerktravail à domicile • thuiswerkMinistère du Travail • ministerie van Sociale Zaken (en Werkgelegenheid)le monde du travail • de werkendentravail aux pièces, à la tâche • stukwerktravail à temps partiel • deeltijdbaan, parttimewerktravail de termite • ondergrondse vernietigingsarbeidtravail sur le terrain • veldwerkun beau travail • een goed (stuk) werk〈 schertsend〉 c'est du beau travail!, regardez-moi ce travail! • dat is me ook wat fraais!travail intellectuel • hoofdarbeidavoir le travail lent • langzaam werkentravail noir • zwartwerk, beunhazerijse mettre au travail • aan 't werk gaanêtre au travail • aan het werk zijnêtre sans travail • werkloos zijntravaux! • werk in uitvoering!2 travaux d'aiguille, de dame • (vrouwelijke) handwerken, borduurwerktravaux d'amateur • amateurfotografietravaux des champs • landarbeidtravaux dirigés • werkcollegetravaux forcés • dwangarbeidtravaux pratiques • practicumtravaux préparatoires • voorbereidende werkzaamheden, beraadslagingen 〈met name m.b.t. wetsteksten〉travaux publics • openbare werken, (ministerie van) Weg- en Waterbouwtravail des eaux • eroderende werking, inwerking van het waterfemme en travail • vrouw in barensnood, die weeën heeft1. m1) werk, arbeid, taak2) werking3) bewerking4) barensnood5) hoefstal2. travailsm pl -
6 anziehen
anziehenI 〈onovergankelijk werkwoord; haben〉♦voorbeelden:3 um das Doppelte anziehen • met het dubbele oplopen, verdubbelen4 Aktien, Börsenkurse ziehen an • aandelen, beurskoersen trekken aanII 〈 overgankelijk werkwoord〉6 aantrekken ⇒ (aan)spannen, aanhalen♦voorbeelden:3 die Beine, Knie anziehen • zijn benen, knieën optrekkenBesucher, Käufer anziehen • bezoekers, kopers aantrekken -
7 échange
échange [eesĵãzĵ]〈m.〉2 handel(stransactie) ⇒ verkeer, omzet♦voorbeelden:échanges nutritifs • voedingsprocesfaire un échange • ruilenfaire l'échange de qc. • iets ruilen, iets uitwisselenen échange • in plaats daarvanen échange de qc. • in ruil voor iets→ monnaieéchange de coups de feu • vuurgevechtéchange de bons offices, de bons procédés • wederzijds dienstbetoonéchange de vues • gedachtewisselingm1) ruil, uitwisseling -
8 particule
particule [paartiekuul]〈v.〉♦voorbeelden:avoir un nom à particule • een adellijke titel hebben¶ le particule (nobiliaire) • het ‘van’ 〈in adellijke familienamen; ‘de’ in Franse namen〉f1) deeltje, partikel -
9 arbeid
♦voorbeelden:verloren arbeid • peine perduezware arbeid • travail de forceaan de arbeid gaan • se mettre au travail→ link=raad raad -
10 elementair
♦voorbeelden:1 elementaire behoeften • elementary/basic needselementaire kennis • elementary/basic knowledgeeen elementair onderdeel is zoek • a basic part is missingelementaire wiskunde • elementary/basic mathematicselementair voor een goed resultaat • essential for a good result -
11 evolution
n. evolutie, ontwikkeling, groei[ ie:vəloe:sjn]I 〈telbaar zelfstandig naamwoord; vaak meervoud〉 -
12 reflection
n. weerspiegeling; spiegelbeeld; idee; gedachte; schuld; weerkaatsing♦voorbeelden:on reflection • bij nader inzienwithout reflection • zonder nadenkencast reflections (up)on • bedenkingen hebben bij -
13 wrijving
♦voorbeelden:door wrijving met de hand • en frottant avec la main -
14 beugen
beugen -
15 accelerator
n. gaspedaal (het pedaal dat benzine toevoert in een auto), (in computers) een computer kaart die help om de computer of het scherm sneller te laten werken[ əkselləreetə] -
16 coherent
adj. konsekwent[ koohiərənt] 〈zelfstandig naamwoord: coherence〉 -
17 cohesion
-
18 energy
n. energie; kracht[ ennədzjie] 〈meervoud: energies〉♦voorbeelden:devote all one's energies to • al zijn krachten wijden aan -
19 hole
n. gat; hol--------v. gaten makenhole1[ hool] 〈 zelfstandig naamwoord〉♦voorbeelden:5 in a hole • in het nauw, in de knel→ square square/————————hole2II 〈 overgankelijk werkwoord〉1 een gat/opening maken in ⇒ doorboren2 in een gat plaatsen/slaan 〈 bijvoorbeeld bal〉 -
20 impenetrable
adj. ondoordringbaar[ impennitrəbl] 〈zelfstandig naamwoord: impenetrability〉♦voorbeelden:
Перевод: со всех языков на все языки
со всех языков на все языки- Со всех языков на:
- Все языки
- Со всех языков на:
- Все языки
- Английский
- Нидерландский
- Французский